Als consultant krijg ik vaak van organisaties de vraag waarom medewerkers –ondanks hoge investeringen in vitaliteitsprogramma’s, tools en opleidingen - toch moeizaam in beweging komen. Wat mij betreft zoeken we het antwoord vaker in het werkklimaat.
Laatst was ik in het zwembad om mijn zoontje in te schrijven voor zwemles. Ik raakte in gesprek met Piet. Piet ken ik nog van toen mijn dochter zwemles had. Piet zit achter de balie, is vrolijk, betrokken en klantgericht. Hij geeft ons het introductiepakket met zwemvest, rugzak en handdoek. Alleen het boekje ontbreekt, waar mijn dochter destijds zo dol op was. Ze kon er informatie in vinden, in kleuren én na ieder gehaalde stap een sticker in plakken. Ik vraag Piet naar het boekje.
Piet antwoordt: “Tsja. Op kantoor hebben ze iets nieuws bedacht, een poster. Maar dat vinden de kinderen helemaal niet leuk. Mij hebben ze niets gevraagd terwijl ik iedere dag de klanten spreek. Ik heb aangegeven dat de mensen het boekje missen. Maar ze zeggen dat ik geen verstand heb van marketing. Dus ik bemoei me nergens meer mee.” Ik zie de teleurstelling in zijn ogen. Ook al heeft Piet nog steeds een vriendelijk woord voor iedere klant, dit soort ervaringen hebben een negatief effect op zijn zelfvertrouwen, motivatie en pro-activiteit.
Vanuit onderzoek weten we dat nieuwsgierigheid (o.a. interesse hebben in je omgeving, graag leren) en geloof in eigen kunnen (o.a. overtuigd zijn dat je meer kan dan je huidige functie) twee belangrijke eigenschappen zijn voor mensen om makkelijk proactief loopbaangedrag te laten zien. Hierdoor gaan mensen makkelijker om met veranderingen in hun werk en vinden ze sneller passend werk als dat nodig is. Cruciaal dus voor duurzame inzetbaarheid.
De mate waarin mensen deze eigenschappen van nature hebben, verschilt uiteraard. Wat echter wordt onderschat is de impact van het werkklimaat. Een stimulerend werkklimaat zorgt bij iedereen voor meer proactief loopbaangedrag.
Ik gun Piet en alle mensen een stimulerend werkklimaat. Als Piet in een stimulerend klimaat zou werken, beseft hij iedere dag weer dat hij zelf aan het roer staat van zijn loopbaan. En vertoont hij eerder proactief loopbaangedrag dan wanneer hij in een ontmoedigend klimaat werkt.
Zorg dat iedereen zijn werk als zinvol ervaart en zich gewaardeerd voelt;
Zoek naar talenten en drijfveren van mensen, organiseer het werk daarom heen;
Geef mensen veel beslisruimte en vertrouwen;
Maak optimaal gebruik van ieders ideeën en faciliteer dat collega’s van elkaar leren;
Daag iedere medewerker uit om te experimenteren met nieuwe taken en projecten;
Maak medewerkers zelf verantwoordelijk voor hun ontwikkeling;
Organiseer inspirerende gesprekken tussen de mensen in de organisatie over ontwikkeling en toekomst. Praat niet over functie- en competentieprofielen.